Vorig jaar besloot de Europese Unie om bepaalde producenten uit te sluiten van de infrastructuur om het 5G-telefoonnetwerk uit te bouwen. Voornamelijk Chinese producenten zoals Huawei en ZTE vielen daardoor uit de boot. Volgens Freilich en Francken moet ons land hierop voortbouwen om mogelijk staatsgevaarlijke bedrijven ook te weren uit andere sectoren, met name van kritieke infrastructuur zoals elektriciteit en watercentrales, de overheid en het leger. “De talrijke cyberaanvallen die ons land de afgelopen jaren heeft meegemaakt, zouden de regering toch de ogen moeten openen”, voegt Freilich toe. Deze aanvallen wees de Belgische overheid afgelopen zomer openlijk toe aan hackers uit China.
Chinese routers en Russische anti-virussoftware
Toen in mei van dit jaar de krant Het Laatste Nieuws bekendmaakte dat het leger gebruik maakte van 300 routers van het Chinese Huawei, liet de minister deze prompt uit gebruik halen. “Dit toont de noodzaak van ons parlementair initiatief”, aldus N-VA-cyberspecialist Michael Freilich. “Andere voorbeelden zijn de bekende Russische antivirussoftware Kaspersky en camera’s van Hikvision. Terwijl andere landen zoals de V.S. en Nederland hier een expliciet verbod op hebben geplakt, is er in ons land geen belemmering op dat vlak. Dat is compleet onverantwoord.”
Publieke lijst
Concreet vraagt de resolutie dat de veiligheidsdiensten een lijst opstellen van producten die als hoog-risico kunnen worden aanzien. Daarna kan een verbod worden uitgevaardigd voor de genoemde sectoren. Het verbod zou niet gelden voor particulieren en privé-organisaties. De indieners willen dat de lijst publiekelijk wordt gemaakt zodat ook de mensen thuis zelf kunnen beslissen of zij nog verder gebruik willen maken van deze apparaten.
De N-VA wil nu dat het parlement hoorzittingen organiseert over het voorstel zodat experts van staatsveiligheid hun input kunnen geven, om tot een breed gedragen voorstel te komen.